Was de kastanjes en kook ze minstens een uur in een pan met ruim water (ze moeten helemaal onder staan) met een snufje zout. Laat ze dan uitlekken en pel ze voordat ze te veel afkoelen - dat is makkelijker om het velletje te verwijderen. Spoel de kastanjes af en doe ze terug in de pan waarin ze zijn gekookt, giet de melk erbij en laat nog 20 à 30 minuten koken; roer af en toe en probeer de kastanjes goed te pletten met de punt van een vork of een pollepel. Wanneer het mengsel begint in te dikken, voegt u de suiker en vanillesuiker toe. Roer tot de kastanjes bijna gepureerd zijn. Pureer het mengsel in een schaal met een pureestamper, voeg de gezeefde cacao en rum (als er geen kinderen zijn) toe, meng goed om een homogeen mengsel te krijgen. Laat dit afkoelen. Klop de slagroom (die heel koud moet zijn) stijf met de poedersuiker. Neem het kastanjemengsel en pureer het nogmaals met een pureestamper en schik het op dessertbordjes. Verdeel de slagroom met een spuitzak over de bovenkant om het effect van een besneeuwde bergtop te krijgen en zo de naam van de taart eer aan te doen!