Doe het meel, de eieren, de olijfolie, het zout en het bakpoeder in een ruime schaal. Voeg beetje bij beetje het water toe en kneed het deeg eerst met een vork, dan wanneer het steviger is, met de handen, tot een gladde, homogene deegbal.
Bereid de vulling: zeef de ricotta in een kom en meng met de rode pesto. Voeg de geraspte pecorino, de in kleine stukjes gesneden salami en een snufje peper toe en roer zorgvuldig.
Vet een ronde bakvorm (of ovenschaal) in met olie en verdeel het eerder bereide deeg over de bodem en de zijkanten; houd ongeveer ¼ apart, dat zal worden gebruikt om de garnering maken. Verdeel de vulling over de bodem, maak hem vlak. Maak van het overgebleven deeg repen en schik deze in een ruitjespatroon op het oppervlak. Bak ca. 40 minuten in een voorverwarmde oven op 180 °C.