Doe de gedroogde bonen (een goede kwaliteit, niet te groot en van de laatste oogst: cannellinibonen zijn niet gemakkelijk te vinden) in een pan en bedek ze met koud water (voor 400 g bonen zijn ongeveer 2 liter nodig). Voeg de knoflook, de salie, olijfolie en het zout toe en zet de pan op het fornuis op zeer laag vuur (draai het indien nodig nog wat lager tijdens het koken). Het water moet wel koken, maar bijna onmerkbaar: de bonen mogen niet 'trillen', integendeel, ze moeten nauwelijks bewegen. Het is niet eenvoudig een kooktijd aan te geven. Dit hangt af van de kwaliteit van de bonen, van de 'leeftijd' ... maar maakt u zich geen zorgen, daar bestaat een oplossing voor die altijd geldig is in de keuken: proeven!
Verhit ondertussen de olijfolie, de twee teentjes knoflook en de salieblaadjes voor het aanmaken in een aardewerken of stalen pan met een dikke bodem. Laat op matig vuur fruiten. Voeg de goed met een half glas water aangelengde tomatenpuree en de gepelde tomaten toe Voeg zout toe en laat de saus, 10 à 15 minuten koken. Doe de gekookte en afgegoten bonen erbij in de pan, voeg indien nodig nog zout toe en een snufje peper. Laat nog 10 à 15 minuten heel zachtjes doorkoken. Roer voorzichtig. Aan het einde van de kooktijd moet de saus dik zijn, de bonen goed gaar maar niet kapot gekookt en alles goed gemengd.
Bonen 'all'uccelletto' worden zelden alleen geserveerd. Meestal worden ze geserveerd bij een vleesgerecht (rundvlees, kip, konijn, varkensvlees) in een saus (met goed gare tomaten). 'La morte sua' (= het einde), zoals hier wordt gezegd, zijn ze bereid samen met verse saucijsjes: op het moment dat de tomaten worden toegevoegd, worden er ook één (of twee, voor de grote trek) saucijsjes per tafelgenoot bijgedaan. We laten ze koken en prikken er af en toe in met de vork, terwijl de tomatensaus indikt. De bonen 'all'uccelletto', vooral de versie met saucijsjes, ontvangen altijd een applaus van de lekkerbekken.
De bijzondere naam komt waarschijnlijk van het gebruik van salie in het recept. Dit aromatische kruid wordt veel gebruikt bij ons in de keuken en was onontbeerlijk bij het bereiden van 'uccelletti' (= vogeltjes, op welke manier dan ook: gebraden, aan het spit, of in saus). Tegenwoordig is het moeilijk gerechten met deze kleine vogels te bereiden of om ze te vinden in een restaurant: een traditionele Toscaanse lekkernij, die om meerdere en terechte redenen aan het verdwijnen is.