De witte bonen, met een dunne schil, zijn de meest geliefde en bereide soort bonen in Toscane. De 'regels' om ze te koken, die u in het recept vindt, zijn geldig voor alle soorten bonen.

Zet de avond van tevoren de bonen te weken in een slakom, goed bedekt met koud water. De volgende ochtend, na 8 à 10 uren weken, de bonen afgieten en in een pan doen (liefst een 'bonenpan' van aardewerk) met vers koud water, zodat ze net, of ietsje meer, bedekt zijn. Het is beter om indien nodig later tijdens het koken een kleine hoeveelheid heet water toe te voegen. Doe er ook 2 el olijfolie, 2 teentjes knoflook, de salieblaadjes, een heel klein snufje zout en enkele iets geplette peperkorrels bij. Doe de deksel op de pan en laat koken op heel laag vuur: het water van de bonen moet nauwelijks bewegen, niet koken maar tegen de kook aan.  Verwijder het schuim dat zich kan vormen op het oppervlak. Wanneer de bonen bijna gaar zijn, proeft u en voegt zout toe als dit nodig is. Het kleine beetje zout aan het begin zorgt ervoor dat de schil van de bonen niet verdikt en dat de 'ziel' (de binnenkant) van de bonen smaak krijgt. Om goed te garen is ongeveer een uurtje nodig: wanneer u ze probeert moet de schil bijna niet te proeven zijn, maar ze moeten heel blijven en van de juiste consistentie. Draai het vuur uit en laat de bonen afkoelen in de pan.

Fruit ondertussen 1 geplet teentje knoflook in 2 el olijfolie in een koekenpan met dikke bodem. Wanneer dit een beetje kleur heeft gekregen, verwijdert u het en doet er de afgegoten bonen en de naaldjes van de rozemarijn bij. Strooit u er flink wat peper over en, indien nodig, voeg zout toe. Roer door, laat op smaak komen op het vuur voor een halve minuut en zet dan uit.

Rooster de sneden brood in de oven of op de gril en wrijf ze in, als dit naar uw smaak is, met wat knoflook. Leg de sneden op een schaal, met op elke snee een flink portie bonen en maak af met een scheutje 'nieuwe' olijfolie.