Ingrediënten voor een ronde vorm met een diameter van 30 cm circa (10 à 12 personen):500 g meel (plus wat voor het kneden van het deeg)200 g suiker200 g reuzel (of boter)3 eieren (1 dooier en 2 hele eieren)1 zakje vanillesuiker1 onbespoten citroen400 g gekookte tarwekorrels gekookte tarwekorrels400 g verse ricotta van schapenmelk400 g suiker6 eieren, 2 hele en 3 eidooiers (+ 1 om de bovenkant mee te 'bestrijken')1 onbespoten sinaasappel200 ml melk + 1 el om mee te 'bestrijken'80 g gekonfijte gekonfijte sinaasappel50 g reuzel (of boter)2 à 3 el oranjebloesemwater
Maak een 'fontein' (een bergje met een kuiltje) van het meel op de deegplank of op het werkblad: doe in het kuiltje de eieren, de reuzel (of zachte boter) de suiker, de vanillesuiker en de geraspte schil van de citroen. Kneed alles snel samen met koude handen (als ze te veel aan het deeg kleven, neem dan een beetje meel), totdat een gladde bal ontstaat. Laat deze verpakt in folie minstens 2 uur rusten in de koelkast. Bereid ondertussen de vulling voor de pastiera: kook in een kleine pan op een laag vuur (met een vlamverdeler zodat het niet aanbrandt) de tarwe met de melk, de gekonfijte sinaasappel in blokjes gesneden en de reuzel gedurende ongeveer 10 minuten vanaf het moment dat u het fornuis aanzet, roer van tijd tot tijd. Wanneer zich een soort 'crème' heeft gevormd, verwijder de pan van het vuur en laat afkoelen. Zeef de ricotta in een kom en meng met de suiker, de dooiers, de geraspte sinaasappelschil en het oranjebloesemwater. Doe de afgekoelde crème van tarwe erbij en roer nogmaals om alle ingrediënten goed te mengen. Neem het deeg uit de koelkast en houd een stuk (ongeveer een kwart van het totaal) apart, dat zal dienen om de ruitjes op de vulling te maken. Rol de rest van het deeg uit met een deegroller op een vel ovenpapier. Geef een ronde vorm aan het deeg, ongeveer 3 cm groter dan de taartvorm waarin de bodem wordt gebakken. Til het ovenpapier met het deeg op en draai het langzaam om in de beboterde en met meel bestoven taartvorm. Verwijder het bakpapier, laat het deeg aansluiten aan de randen van de vorm en snijd het overtollige deeg weg. Prik met een vork gaatjes in de bodem om te voorkomen dat deze omhoog komt tijdens het bakken. Giet de 'crème' van tarwe erin en strijk glad. Neem het stuk deeg dat u apart had gehouden en rol het uit met de deegroller tot een dikte van 3 mm. Snijd repen van ongeveer 2 cm breed en leg ze 'in ruitjes' op de vulling van de taart. Bestrijk de repen met een keukenkwastje met eidooier
(losgeklopt met de helft van het eiwit en 1 eetlepel melk), zodat ze tijdens het bakken een mooie gouden kleur krijgen. Bak ongeveer 1 uur in een voorverwarmde oven op 180 °C. Controleer met een tandenstoker of de binnenkant voldoende droog is: deze moet echter wel zacht en romig blijven. Haal de pastiera uit de oven en laat minstens een dag rusten; serveer in de bakvorm bestrooid met poedersuiker.