Was de paprika’s en rooster ze ongeveer 10 minuten in een hete oven op 200 °C totdat de buitenkant begint te verkleuren.

Stop ze, wanneer ze nog heet zijn, in een zakje en laat een paar minuten rusten. Ontvel de paprika’s, haal de zaadlijsten eruit en snijd ze in dunne reepjes.

Was de basilicumblaadjes en leg ze op een theedoek om te drogen. Doe het basilicum samen met de pijnboompitten, de walnoten, het (gepelde) teentje knoflook, olijfolie en de helft van de pecorino in een blender en hak fijn. Kook de pici in ruim water met zout, giet de pasta ‘al dente’af (bewaar een deel van het kookvocht) en doe in een grote schaal. Voeg de bereide pesto, de gesneden paprika’s, de rest van de pecorino en een halve pollepel kookvocht toe.

Meng alles goed zodat de saus aan de pasta hecht (voeg nog wat kookvocht toe als u de pasta te droog vindt). Serveer de kleurrijke en heerlijk geurende pasta warm met nog een lekkere scheut olijfolie erover.

U kunt dit gerecht ook maken wanneer het paprikaseizoen voorbij is, want de groente is tegenwoordig het hele jaar door te verkrijgen, al zijn de paprika’s dan wel minder smaakvol dan in het seizoen!