Voor ieder kilo artisjokjes (1), die zeer klein en mals zouden moeten zijn heeft u nodig: ½ l witte wijnazijn½ l witte wijnenkele laurierblaadjes1 el peperkorrels zwarte peperkorrels1 citroen zout extravergine olijfolie, zoveel als nodig is om ze goed bedekt in de glazen potjes in te leggen
Snij een groot deel van de steel van de kleine artisjokken en verwijder de harde buitenste bladeren. Snijd ook de stekels weg met een scherp mes. Dompel de artisjokken 10 minuten onder in water dat zuur gemaakt is met citroensap, giet ze af. Breng de azijn samen met de wijn aan de kook en doe de artisjokken erin. Haal ze nog beetgaar uit het kookvocht met een schuimspaan (na ongeveer 8 à 10 minuten).
Leg ze met de kop naar beneden op een dubbel gevouwen theedoek en laat ze afkoelen. Doe ze in goed schoongemaakte en droge glazen potjes, waarbij u de artisjokjes, laurierbladeren en peperkorrels afgewisselt en bedekt alles goed met olijfolie. Controleer na 24 uur het olijfolieniveau en voeg, indien nodig, nog wat toe totdat alle artisjokjes bedekt zijn. Sluit en bewaar op een koele donkere plek: een maand na de bereiding zijn ze klaar. De artisjokken kunnen nog meer dan een jaar worden bewaard. Om de houdbaarheid te verlengen kunt u de potjes steriliseren in kokend water.
(1) in Toscane gebruikt men ‘morellini’, zo genoemd vanwege de donkere kleur van hun bladeren, en die in de lente worden geoogst.